God bestaat niet

JA ?????

JA ?????

GOD BESTAAT NIET!

EEN BLOEMLEZING UIT PSALM TWEE

 EEN FOTO: Waarom woeden de heidenen, en bedenken de volken ijdelheid?

De koningen van de aarde stellen zich op, en de vorsten beraadslagen samen tegen de HEERE, en tegen Zijn Gezalfde, zeggende: Laat ons hun banden verscheuren, en hun touwen van ons werpen. Psalm 2

 DE TOELICHTING ER BIJ Nu dan, u, koningen, handelt verstandig; laat u gezeggen, gij rechters van de aarde! Dient de HEERE met vrees, en verheugt u met beving.

Kust den Zoon, opdat Hij niet toornt, en u op de weg vergaat, als Zijn toorn maar enigszins zou ontbranden. Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.

 Ik wil niet, dat God er is. . .  De kreet van een dwingend kind!

„God bestaat niet!” Heel fel riep hij tegen de dominee van zijn dorp. Die kende hem al heel wat jaren. De beste man had met het geloof gebroken. De kerk hoefde voor hem niet meer. Alles wat er mee te maken heeft is bedrog en schijnheiligheid.

Toch schrok de dominee van die felheid waarmee hij zijn atheïsme uitschreeuwde.

Ze stonden tussen een hele groep mensen en hij had bewusthard geroepen. Iedereen moest zijn volwassenheid horen. Iedereen moest het geloven: God is er niet.

De dominee reageerde misschien wel verkeerd, maar het was er in alle felheid uit: reageerde ik niet minder fel: „Zo mag jij niet spreken, want jij weet heel goed, dat God wel bestaat”.

Was het een verstandig antwoord? Had hij misschien beter eerst een paar adem kunnen halen voor hij antwoord gaf?

De reactie van het vroegere kerklid was nog feller dan eerst toen hij het er uit gooide: „Natuurlijk weet ik heel goed, dat God bestaat, maar dat wil ik niet! Ik wil niet, dat Hij er is!”.

Had hij van Nietzsche gehoord? Bij hem op school gezeten?

Die zei toch immers ook zoiets. Misschien nog “wat harder: “God is dood!

Let goed op: Nietzsche ei niet: “Ik kan niet in God geloven”.

Maar hij zei: “Ik WIL niet in God geloven”.

Pure hoogmoed; Nietzsche wilde geen God boven zich hebben.

Maar het was ook angst: “Als God zou bestaan, kijkt hij dwars door me heen. Dan ziet Hij alle rotte plekken en vuile gedachten die er waren en zijn in mijn leven. Zo’n God wil ik niet!”.

Terug naar het gesprek van de dominee met zijn oud gemeentelid.

Deze man wilde net zoals Nietzsche de Godsgedachte in zijn bewustzijn uitblussen. Hij wilde niet meer horen over God. Hij wilde niet meer aan God herinnerd worden. Daarom zei hij:”God bestaat niet”.

Zou de man gelukkig zijn met deze gedachte?

Of zou hij misschien toch diep ongelukkig zijn in al de leegheid van zijn leven?

Toen de dominee later thuis kwam was hij nog een beetje in de war van het gebeurde. Het was zo diep ingrijpend geweest.Toen hij nog eens nadacht over dit voorval, kwam hij tot heel indringende gedachten: “Zijn we vaak niet allemaal dezelfde atheisten als deze man. Misschieneen beetje minder fel. Misschien een beetje minder hatelijk. Misschien wel ingedekt met mooie vrome woorden.

We weten heel goed, dat God niet dood is maar dat Hij heel echt leeft en regeert.

Maar dat willen we niet. We willen zelf de leiding over ons leven hebben. En wat er bij komt….

Diep in ons hart zijn we er van overtuigd dat we, als Hij echt bestaat, echt met Hem te maken zullen krijgen. Op alle terreinen van het leven, nu al, maar alles beslissend als we sterven.

Dit is een geheel eigensoortig atheïsme.

Een heel eigenaardig soort atheisme. “De wens is hier de vader van de gedachte”.

Het is een afschuwelijke wens diep in het hart van ieder mens: “Wij willen niet, dat God er is,”.

En dat is weer de vader van een niet minder afschuwelijke gedachte: God bestaat niet, God is dood”!

We beseffen niet dat we, als we zo denken en wensen een paar vreselijke dingen doen.

We bedenken niet welk een zon we uitdoven.

We beseffeb niet welke zee we aan het leeg scheppen zijn.

 hebben.wanneer we zo wensen en zo denken, welke zon we hebben uitgedoofd en welke zee we


God bestaat niet, God is dood…

Als we dat zeggen en willen beleven….

Dan doven we de Zon der gerechtigheid uit….

En we dempen oneindige de zee van Gods genade.