CHRISTEN ZIJN - IS IN DE EERSTE PLAATS: BIDDER ZIJN

De hele wereld lijkt op hol.

Aardbevingen, stormen, watersnood, vulkanen, stikstof, vreselijke ziekten,

De hele schepping dreigt in de war te raken….

Zo lijkt het tenminste, en het is ook voor een deel zo. Alleen verliezen we vaak uit het

oog dat

God Zelf alles in handen heeft. En daar ligt de oplossing!

In de Bijbel komen we een uitdrukking tegen die vandaag volledig in vervulling gaat.


Romeinen 8: 20 en 21

20 Want de schepping is aan de zinloosheid onderworpen, niet vrijwillig, maar door

hem die haar daaraan onderworpen heeft,

21 in de hoop dat ook de schepping zelf zal bevrijd worden van de slavernij van het

verderf om te komen tot de vrijheid van de heerlijkheid van de kinderen van God.

De Bijbel wijst ons in dit grote probleem de absoluut juiste weg: BIDDEN TOT GOD.

Tot de God van de Bijbel.

En dan komt er gelijk een ander probleem bij: we weten niet eens hoe wij behoren te

bidden.

Bidden? Voor mij hoeft het niet meer!

Deze gedachte leeft in de harten van veel mensen, ook Christenen. En misschien kent u die

gedachte zelf ook wel? We spreken die gedachte niet hardop uit, maar het borrelt wel in ons hoofd rond.

Onze levenspraktijk spreekt in dit opzicht een ontstellende taal.

De wereld bidt niet. Hebben we geen behoefte aan. Helpt toch niet. Dat is erg.

Veel erger is het, dat ook het leven van ons, die zeggen Christen te zijn, vaak dreigt om net zo dor en doods te zijn. Ook zo biddeloos. Omdat wij niet meer kunnen bidden of het gewoon niet meer doen, omdat wij niet meer in staat of bereid zijn, antwoord te geven op het woord, dat God tot ons spreekt. “Kom tot Mij!”

Jarenlang hebben we in de kerk gezeten en de Bijbel gehoord. Mama vertelde ons al van alles uit de Bijbel, maar het sleurleven of het feestleven heeft alles uitgewist.

Wat is het erg als we na jaren niets meer te zeggen of te vragen hebben aan onze God, die zo goed voor ons gezorgd heeft!

Net als twee mensen die jaren getrouwd zijn en niets meer hebben te vertellen aan elkaar.

Zo is voor velen het leven geworden!

Volkomen biddeloos, niets meer te zeggen of te vragen aan God. Jezus helemaal niet nodig. De kerk hoort niet meer bij mijn leven, maar God ook niet. Bidden ook zeker niet.

Wat erg als ons leven zo is geworden. Dan kunnen we ook geen hulp van God meer verwachten. Dan zijn we als mensen helemaal op ons zelf geworpen. Dan hebben we niets meer dan al die ontzagwekkende zorgen van ondergang en verlorenheid. Dan dreigt wanhoop onze keel dicht te knijpen.

En dat hoeft niet!

“Zoek Mij, en leef!” Dat roept de Heere God jou toe, en u, ons allen!

Wij lijden aan de ziekte van biddeloosheid.

En daar is een goed medicijn voor: Vertel het aan God, vertel het aan Jezus